|
versie: 27-04-2017 - naar inhoudsopgave | CCT | www.waarheidsvinding.com
DE ZAAK COLD CASE TEAM
Voor de korpsleiding was het, naast het feit dat een spraakmakende zaak eindelijk was opgelost, ook prettig dat 'amateurs' als Jaap de Ruyter de Wildt en misdaadverslaggever Peter R. de Vries, die Johnny M. nog steeds als verdachte op het oog hadden, geen gelijk kregen. De professionaliteit van de politie stond daardoor minder ter discussie. Dit stemde de korpsleiding tevreden en het zal zeker hebben bijgedragen aan het oprichten van het latere Cold Case Team. Het bleef voor de ouders van Anne pijnlijk dat de dader op 25 april 1997, een paar dagen voor de moord, zonder huisvesting of geld vanuit de Maastrichtse gevangenis op straat was gezet. Dat was in hun ogen vragen om moeilijkheden. Voor Annes vader, gespecialiseerd in kinderbeschermingszaken, paste het gebrek aan verantwoordelijkheid ten aanzien van personen als Henk S. in een herkenbaar patroon: 'In kritische situaties de andere kant uit kijken', zoals hij dat hij op 21 augustus 2000 in een interview in een uitzending van de Humanistische Omroep omschreef. De Ruyter de Wildt bleef er bij dat de contra-expertise, die door Peter R. de Vries bij het Silvius laboratorium was aangevraagd, uiteindelijk een doorslaggevende rol had gespeeld. Het DNA- materiaal dat onder Annes nagels was gevonden, had bij het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) aanvankelijk niet tot een match geleid. Pas nadat door Peter R. de Vries hierover vragen waren gesteld, ging het NFI opnieuw zoeken en bleek de hit met Henk S. Ik had, in tegenstelling tot wat gebruikelijk was, bij het verhoor aangedrongen op een zachte aanpak. Ik was blij dat de collega's in het verhoorteam daar de waarde van inzagen. Het schaduwkoppel had aanvankelijk twijfels, zij geloofden bijvoorbeeld niet dat de tas van Anne op de plek zou liggen die Henk S in het verhoor had aangegeven. Maar toen bleek dat die tas daar wel lag, werd het geloof in mijn methode groter. Ik had steeds benadrukt dat we Henk als mens moesten aanspreken en accepteren, en dat had gewerkt. Bij Henk speelde mee dat hij last van zijn geweten kreeg. Hij wilde die last wel kwijt, maar alleen bij mensen die hem met respect behandelden. Henk was een type waar zelfs junks een straatje voor omliepen, je kon om niks een dreun voor je kop krijgen. Met een dergelijke persoon moet je in een verhoor voorzichtig omgaan en altijd in gesprek proberen te blijven. Agressie in een verhoorsituatie werkt bij de meeste mensen, en zeker bij een persoon als Henk, contraproductief. Later bleek dat niet iedere collega hiervan was overtuigd. Toen Henk op de rechtbank was en even werd ingesloten, had een rechercheur van de Divisie het luikje van de cel open gedaan en tegen Henk geroepen: 'Wat ben jij een vieze klootzak, vuile moordenaar.' Niets menselijks is een politieman vreemd, maar professioneel was het niet. Na afloop van de zaak verhuisde ik intern naar het Regionaal Informatie Knooppunt Criminaliteit. Ik schreef een viertal rapporten en hielp de analist met het schrijven van de zijne. Ik had daar, met mijn wetenschappelijke achtergrond, meer ervaring mee dan hij. Op dat moment zag het er naar uit dat de zaak van Anne de enige zou blijven waarbij ik als verhoorexpert zou zijn betrokken. Contractperikelen Eind 2000 was er een personele verandering in de top van de organisatie. Divisiechef Van Zuidam vertrok naar de korpsleiding en werd opgevolgd door Jaap Siemons. Net zo min als zijn voorganger sprak hij ooit inhoudelijk met mij over het werk. In december ging ik naar Siemons om over de verlenging van mijn detacheringscontract in september 2001 te praten. Hij zegde toe er half januari op terug te komen, maar ik hoorde niets. Ik wendde me daarna tot Nieuwenhuis, de tweede man van de Divisie. Ook de chef van het Regionaal Informatie Knooppunt Criminaliteit informeerde op mijn verzoek naar de verlenging van het detacheringscontract. Maar veel duidelijkheid leverde dat niet op. De zaak had de aandacht, werd me meegedeeld. In februari 2001 kreeg ik een conflict met Siemons. Ik was gebeld door Cees Mijwaart, één van de leiders van het rechercheteam dat onderzoek verrichtte naar de oorzaak van de vuurwerkramp op 13 mei 2000 in Enschede. Het bleek dat hun onderzoek had geresulteerd in de aanhouding van een verdachte. Het team dat de zaak onderzocht, vroeg mij of ik hen wilde assisteren bij het verhoor van André de Vries, hun verdachte, omdat het verhoor dreigde vast te lopen. Hoe kwam men bij mij terecht? De oplossing in de zaken van Anne de Ruyter de Wildt en Annet van Reen had binnen de politiewereld de aandacht getrokken, doordat dit de eerste keer was dat cold case-teams een zaak hadden opgelost. Bovendien was het opvallend dat beide teams in hun eerste onderzoek dezelfde verdachte hadden. Ook werd bewezen dat DNA-onderzoek in oude zaken een sterk wapen was en dat een andere manier van verdachtenverhoor tot verrassende resultaten leidde. Kortom: het nut van dit soort teams werd bewezen. Lezing in Zutphen Een aantal mensen uit de leiding van het Tol-team, genoemd naar de Tollensstraat, de straat waar S.E. Fireworks was gevestigd, had één van mijn lezingen in Zutphen bijgewoond. En dat had tot het idee geleid om mij te vragen hen te helpen. Siemons wilde echter niet dat ik naar Enschede ging en gaf daarvoor geen reden. De chef van het Regionaal Informatie Knooppunt Criminaliteit, Arnold Janssen, deelde mij dit mee. Mijn verbaasde reactie opmerkend, besloot hij het voor mij op te nemen en vroeg opheldering aan Siemons. Ik mocht daar niet heen, zo vernam ik daarna, omdat anderen dan van mijn kennis zouden profiteren terwijl ze er niet voor betaalden. Ik had gedacht dat het bij de politie vanzelfsprekend was dat men elkaar hielp, zeker bij zo'n belangrijke zaak als die in Enschede. Maar de politie in Groningen dacht daar anders over. Men liet iemand met bewezen kundigheid op het gebied van verhoren liever beleidsrapporten schrijven dan deze expertise met anderen te delen. Op aandringen van Janssen stemde Siemons toe, maar wel onder de voorwaarde dat ik het in mijn eigen tijd deed. Ik was vereerd met de uitnodiging en het weinig zinnige gedrag van de leiding in Groningen liet ik voor wat het was. Ik had vrije dagen genoeg, dus vertrok ik - in mijn eigen tijd - naar Enschede. 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 | 11 | 12 | 13 | 14 | 15 | 16 | index | begrippenlijst | register |
|